VSW (Veenendaalsche Stoomspinnerij en - Weverij)

Amsterdammers S. en J.W. Bottenheim richten op 11 april 1861 de Veenendaalsche Stoomweverij (VSW) op. Hun doel is duidelijk: zoveel mogelijk winst maken. Veenendaal is een hiervoor een goede plaats. De inwoners hebben ervaring met spinnen en weven. Ook zijn de lonen laag. Kort na de oprichting besluit de fabriek om ook zelf garens te spinnen. De naam verandert daarom in Veenendaalsche Stoomspinnerij en -Weverij.

Stoomspinnen

Een stoomspinnerij en -weverij is een fabriek waar ze garens spinnen en stoffen weven met stoommachines in plaats van met de hand. Stoomspinnen is nieuw. Veenendalers weten nog niet hoe dit moet. De VSW haalt daarom ervaren spinners uit Gent, Engeland, Gronau en Twente. Zij leren de Veense arbeiders hoe stoomspinnen werkt. De fabriek gebruikt vooral katoen uit het buitenland.

In 1878 nam VSW de Eerste Veenendaalsche Stoomweverij van Van de Poll over. Hierdoor groeide de fabriek. Ze zaten aan de Zandstraat. Ze werden de grootste stoomweverij van Veenendaal aan het einde van de 19e eeuw.

Oorlog en sluiting

Later zoekt VSW naar nieuwe producten. In de jaren ‘30 helpt de fabriek bij het ontwikkelen van beschermende kleding tegen mosterdgas. Dit is een gevaarlijk en dodelijk gas. Na de oorlog werkt het bedrijf met materialen zoals rubber en nylon. In 1979 sluit VSW voor altijd de deuren.